Nog geen reacties

Gerard Legierse vijftig jaar organist-dirigent

Gerard Legierse, organist en dirigent in onze parochie, viert op 2 maart dat hij vijftig jaar kerkmusicus is, waarvan eenentwintig jaar bij ons. Reden voor zijn ‘kerkfamilie’ om hem in het zonnetje te zetten en hem te eren voor zijn vele werk; en reden om te horen hoe hij op die lange periode terugkijkt.

Op welke plekken ben je kerkmusicus geweest?
Eerst studeerde ik werktuigbouwkunde, daarna ging ik naar het conservatorium. Ik begon als organist-dirigent in de Michael en Clemenskerk in Rotterdam waar ik per 2 maart 1975 in actieve dienst trad; op de dag af vier ik vijftig jaar later mijn jubileum. In 1991 behaalde ik op het Conservatoire Nationale de Paris de Prix d’Excellence; ik studeerde bij de componist Langlais en zijn vrouw. In dat jaar stapte ik over naar de Antonius Abt in Scheveningen, waar ik ook een concertserie ‘Muziek op zondag’ begon; in die tijd gaf ik ook les op een muziekschool in Brabant. Mijn laatste overstap was op 1 oktober 2004, naar de Bonifatiusparochie, als opvolger van Jos Laus.

Wat is je inspiratie geweest in deze lange loopbaan?
Mijn credo is: het mooiste is voor kerkmuziek niet mooi genoeg. Zij is niet alleen een verfraaiing en omlijsting van de liturgie, maar ook een verdieping van het gesproken woord; zij maakt mensen ontvankelijk(er) voor het mysterie, muziek blijft ‘hangen’. Het voelt goed om in de koorzangers het mooiste naar boven te halen. En dat alles om God te eren (‘soli Deo gloria’) en om de geloofsgemeenschap een eenheid te laten worden, een ‘kerkfamilie’. Daarom is het goed dat de kerkgangers zelf mee kunnen zingen, ook in gregoriaanse vieringen, en dat er afwisseling is tussen gregoriaans en samenzang. Het werken met kinderen in de Koorschool is prachtig, ook om hun ouders en gezin erbij te betrekken. En tenslotte: ik word fantastisch gesteund door mijn lieve vrouw Karin!

Waar geniet je van?
Van de vele sociale contacten, ook met collega’s zoals Ben en Margaret van Oosten; het gaat in kerk-zijn om de sociale binding en om er-zijn in de samenleving. Ik geniet van uitdagingen zoals het zingen met meer koren tegelijk, en van jezelf ontwikkelen, blijven studeren. Ik geniet van het begeleiden van concertseries, waarin duidelijk wordt dat muziek vaak voortkomt uit onze kerkcultuur.

Waar hoop je op?
Dat onze variatie in vieringen nog lang mag kunnen worden gehandhaafd; dat spreekt vele geledingen aan. Dat geldt vooral voor de Koorschool, want daar zit de toekomst. Ik deed mijn werk altijd met veel plezier; zolang dat duurt wil ik nog lang doorgaan.

Plaats een reactie